Puk en Muk van de Puk en Muk site zijn rechtstreeks te vinden op Puk en Muk (jouwweb.nl)    Plaats deze link bij je Favorieten. Dit betreft een tijdelijke kennisgeving.

 Frans Fransen

Frans Fransen. 

Adrianus Johannes Franciscus van Ostaden, (doopnamen) geboren op 13 februari 1896 te Tilburg was de jongste van het gezin. Zijn vader heette Franciscus Salesius van Ostaden , een eenvoudige fabrieksarbeider. Moeders naam was Maria Clara Stijnen. Twee oudere zusjes waren eerder overleden. Zijn oudste zus trouwde met schoenfabrikant Tinus van Hest uit Nijmegen. Zus Anna was met ene van Puijenbroek getrouwd die op zijn beurt hoofdonderwijzer op Korvel was, een wijk in Tilburg waar ikzelf ook heb gewoond. Later verhuisde ze als weduwe naar de Oerlesestraat, samen met haar zus Emma. Voor mij is dat bekend gebied. De laatste zus Jana was getrouwd met Harry Heijstek die bij Stork in Enschede werkte. Deze Heijstek reed al vroegtijdig in een grote auto rond. Jana en Harry woonden in de van Goorstraat, een zijstraat van de Hoefstraat te Tilburg.

Het gezin van Ostaden verhuisde naar Goirle is de algemene lezing. Na de lagere school volgde Van Ostaden de opleiding tot onderwijzer aan de kweek­school St.-Stanislaus. In 1915 behaalde Frans zijn hulp-akte en kreeg hij een aanstelling op een lagere school in Tilburg. Weer een jaar later, in 1916, legde hij zijn eeuwige geloften af. Na nog op een paar scholen in Tilburg te hebben lesgegeven ging hij in 1932 aan de B.L.O. in de Keizerstraat in Den Bosch lesgeven. Bijna dertig jaar werkte hij met "moeilijke" kinderen. Op deze school was Frans Fransen ook enige tijd hoofd. Fransen stierf in het zicht van zijn pensioen op weg naar zijn werk op 19 oktober 1961 in Den Bosch na een hartaanval. In datzelfde jaar stierf ook mijn vader aan een hartaanval. Tot aan zijn dood woonde hij op het klooster Papenhulst. Fr. Franciscus Xaverius van Ostaden (1896-1961)

Ook fraters bereiken de leeftijd waarop ze zorg en verpleging nodig hebben. Het aantal fraters bedroeg op 1 januari 2002 nog slechts 86 en 1 broeder. De gemiddelde leeftijd was 82 jaar. Onderaan rechts de laatste foto die van Frans Fransen bekend is. Overigens had ik het bijzondere genoegen om na de nachtmis waarin ik een stuk solo had gezongen. Veel weet ik verder niet meer van want het was laat en ik was stik moe. Frans Fransen te mogen ontmoeten en de hand te mogen schudden kreeg voor mij pas extra waarde toen ik deze website ging maken. Jij hebt wel heel goed gezongen zei hij destijds tegen me. En eerlijk is eerlijk, we klonken net de Wiener Zangerknaben die wereldwijd bekendheid hadden.  Cor als koorknaap en vaak ook als misdienaar op Huize Nazareth of in een van de kappellen van de Zusters v Liefde aan de Oude Dijk? Wie had ooit kunnen bedenken dat deze herinneringen nu op het wereldwijde internet staan. 

 

Na de lagere school volgde Van Ostaden de opleiding voor onderwijzer aan de kweek­school St.-Stanislaus. In 1915 behaalde hij zijn hulpakte en kreeg een aanstelling op een lagere school in Tilburg. Een jaar later, in 1916, legde hij zijn eeuwige geloften af. Na nog op een paar scholen in Tilburg te hebben lesgegeven ging hij in 1932 aan de B.L.O. in de Keizerstraat in Den Bosch lesgeven. Bijna dertig jaar gaf hij daar zijn lessen aan "moeilijke " kinderen. Op deze school Frans Fransen enige tijd hoofd. Fransen stierf in het zicht van zijn pensioen op weg naar zijn werk op 19 oktober 1961 in Den Bosch na een hartaanval. Tot aan zijn dood heeft hij op het klooster Papenhulst gewoond.

 

Het was een echte kindervriend en een geboren onderwijzer. Vele Bosschenaren die van hem les hadden beamen dat. Zijn bijnaam ' lange Frans', dankte hij aan z'n lengte.  Frans Langemans werd een van de latere pseudoniemen. Met zijn verhalen wist hij de aandacht van de kinderen te krijgen en vast te houden. Hij stond dan ook het liefst voor de klas. Men noemde de klas met de moeilijke leerlingen ( de zwaarste)  de bezinkingsklas. Een klas vol met hopeloze gevallen. Over zijn moeilijke taak als onderwijzer aan deze groepen hield hij regelmatig lezingen. In 1925 verschenen zijn eerste verhaaltjes in het tijdschrift De Engelbewaarder die al jarenlang werden uitgegeven door de Drukkerij R.K. Jongensweeshuis. Bij deze drukkerij zou dan ook het meeste van zijn werk worden uitgebracht. In de Drukkerij RK Jongensweeshuis Tilburg, een drukkerij van de Fraters van Tilburg,  werden wezen te werk gesteld die hele lange dagen moesten maken tot soms wel 14 uur of langer per dag. De publicaties bleven niet alleen maar beperkt tot tijdschriften Ook leesboekjes voor het lager onderwijs werden daar ontwikkeld en gedrukt. Er  werkten in de loop der jaren bekende en minder bekende fraters mee aan taal en leesmethoden. Jos Haens was zo iemand en Toos Koedam zorgde in die jaren al voor de bijbehorende tekeningen. Fransen schreef onder tientallen pseudoniemen.  Ger Janssen, oud directeur van Uitgeverij Zwijsen verdiende ook zijn sporen binnen het onderwijs. Een van zijn boekjes heet " IK BEN VAN BOOM ROOS VIS ".  Het is een leesmethode om te leren lezen. Hij was ook verantwoordelijk voor het tot stand komen van het grote boek " Zwijsen een passie voor uitgeven" . Dit boek gaat over de geschiedenis van Uitgeverij Zwijsen. Het vertelt over de ontwikkeling van de organisatie en over de groei van methoden en lectuur voor jonge mensen over een periode van honderdvijftig jaar. Het is een unieke geschiedenis! Van geen uitgeverij in Nederland zou zo'n verhaal verteld kunnen worden. Er hebben zeer ingrijpende veranderingen plaatsgevonden; maar er is ook een interessante rode draad. Deze uitgave is beslist de moeite waard om aan je verzameling toe te voegen. Ger Janssen was van 1977 tot 1999 directeur van Uitgeverij Zwijsen. Sinds 2021 hebben we mailcontact. Ook hij is nog steeds nieuwsgierig naar alles wat met Carl Storch en zijn Puckchen und Muckchen is te ontdekken. Goed om te weten dat ik niet de enige ben die alles tot in de finesses onderzoekt. Ger is woonachtig in mijn mooie geboorteplaats.   

Frans-fransen-frater-franciscus-v-ostaden-puk-en-muk-schrijver,
frans-fransen-auteur-puk-en-muk-fransciscus-v-ostaden,
franciscus-v-ostaden-frans-fransen-puk-en-muk-schrijver,
frans-fransen-frater-franciscus-v-ostaden-puk-en-muk-laatste-foto,
zwijsen-een-passie-voor-uitgeven-uitgeverij-zwijsen,

Onze beide hoofdfiguren waren kaboutertjes uit het land van Klaas Vaak. Ze waren jaren daarvoor bedacht door de Oostenrijker Carl Storch (1868-1955). Storch gebruikte zijn kabouter figuren ook in andere boeken. In 1906 verschenen diens eerste 'Puckchen und Muckchen' tekeningen in de Seraphischer Kinderfreund. Storch ontwikkelde zijn twee dwergen naar het voorbeeld van 'Max en Moritz' van Wilhelm Busch, van wie hij een groot bewonderaar was. Waarschijnlijk heeft Frans Fransen al in 1925 kennisgemaakt met de Seraphischer Kinderfreund waarin de personages 'Puckchen und Muckchen' stonden afgebeeld. Het allereerste verhaal werd voorzien van een groot aantal tekeningen die afkomstig waren van Carl Storch zonder dat deze daar vanaf wist. Ik heb het nog even nagekeken in mijn eerste Puk en Muk boekje uit 1927.  Daar staat de naam Storch niet genoemd. Na deze eerste Nederlandse uitgave kwamen Storch en Frans Fransen in contact met elkaar en werd het begin gevormd van een samenwerking die zou duren tot 1940. Er werden in die periode dertien Puk en Muk boeken geschreven met de tekeningen van Carl Storch. Van Ostaden werd bij zijn verhalen geïnspireerd door de bestaande Duitse 'Puckchen und Muckchen' avonturen. Tegen deze achtergrond geplaatst is het heden ten dage nog steeds geen uitgemaakte zaak bij wie het copyright ligt voor de Puk en Muk verhalen. Theoretisch is het gebruik van Storch's tekeningen plagiaat daar de fraters de tekeningen ongevraagd gebruikten.

 

puk-en-muk-hoorsppel-kro-de-wigwam-1951,

Door de KRO werden in 1951, in de jeugduitzending "De Wigwam", vijf vervolghoorspelen over Puk en Muk uitgezonden. Dat geluidmateriaal is helaas nergens meer te vinden. Wel de foto van het orkest dat voor de muzikale omlijsting zorgde van KRO " De Wigwam Uitzending"  voor de jeugd in studio II 1951 . Hoorspelen, heel wat mensen zaten in die jaren aan de radio gekluisterd.

Het staat als een paal boven water dat het erg moeilijk is geweest om iemand zoals Carl Storch te kunnen evenaren. Het publiek moet je het natuurlijk ook willen gunnen. Het is zoiets als, wat de mens niet kent dat eet hij niet! Zo schreef het Katholiek Schoolblad in 1953 bij het verschijnen van Prinses Rosalinde: 'Schrijvers vaardige fantasie vond ook nu weer het boeiend avontuurlijke, dat de kindergeest zo pakt. Hij weet het bevattelijk en aardig te zeggen en kruidt graag zijn verhaal met een tikkeltje humor. Tenslotte: Puk en Muk boeken bieden het kind iets voor hoofd en hart . . .' Wat Cor lauwerijssen meteen opviel was het ontbreken van dat schouderklopje richting Leo van Grinsven terwijl hij dat dubbel en dwars verdiende. Want tekenen kon hij als de beste hoor, die Leo! 

De talloze herdrukken van de dertien vooroorlogse boekjes sloegen wel aan en werden in grote oplagen verkocht. De wereldpolitiek kwam in deze deeltjes ook regelmatig aan de orde. Zo worden in het boekje Puk en Muk in China de twee verhoord door een mandarijn, die denkt met Russische communisten te maken te hebben. In Reizen van Puk en Muk komt het tweetal in Rusland terecht bij het echtpaar Iwan Nicola­witsj en Jekatrien (Jan Klaassen en Katrijn) maar wordt door hen naar Siberië verbannen: '. . . We zullen jullie morgen eens naar een verre kostschool brengen. Die kostschool heet Siberië, en daar gaan alle lui naar toe die thuis niet goed kunnen oppassen, zoals jullie. Daar is het koud en daar moet gewerkt worden. Ik denk, dat je gauw tam zult zijn. . .' Later wordt het echtpaar eveneens door soldaten naar Siberië verbannen omdat het niets gedaan heeft. Storch en Fransen maakten samen 12 Puk en Muk boeken. Na de Tweede Wereldoorlog verschenen er nog vier boeken, die door Leo van Grinsven werden geïllustreerd. 

Naast de verwijzing naar de situatie in Rusland geeft Franciscus Van Ostaden alias Frans Fransen een herkenbaar punt aan voor zijn B.L.O.-leerlingen. Siberië was een bekende wijk in Den Bosch. De schrijver gebruikte vaker namen uit het Bossche, zoals 't Stortje, de Parade, Achter 't Wild Varken en Achter de Wereld. Bijkomstigheid is het feit dat ikzelf  van woordspelingen hou. De broers van mijn moeder woonden in de Siep een wijk waar ik een paar keer op visite was. In 1968 bezocht ik ze in Den Bosch en jaren later toen mijn moeder in 1999 overleed. Hadden ze toch de reis gemaakt naar Oudenbosch om afscheid van haar te nemen.

In de loop van vele jaren hebben er behoorlijk wat mensen meegewerkt aan de beroemde Pukken en Mukken. Zo waren er voor de diverse lay-outs van de latere uitgaven meerdere illustrators. Hans Sturris, frater Realino,  Toos Koedam (rood/groen/ lay-outs/ en H. v.Wersch ( lange versies) en Haens verantwoordelijk. Fransen kunnen we zien als de bedenker en grondlegger op Nederlandse bodem. Anderen, zoals  Jos Adrianus Antonius Severijnen ( frater Ranulfus1905/1976 ) was volgens zijn nazaten, ook betrokken bij de drukkerij van het Jongensweeshuis. Deze was ingezetene in de congregatie van o.l. Vrouw Moeder van Barmhartigheid te Tilburg in 1923 en gaf tekenles op school. Onder het synoniem  tekeningetje van een "Rat" zou deze frater mede verantwoordelijk zijn geweest voor een groot aantal striptekeningen in "De Engelbewaarder" en bij de creatie van "Puk en Muk" tekeningen. ( bron  Genealogie familie Severijnen afkomstig uit Den Bosch). Dit laatste trekt Dhr Ger Janssen ( oud directeur van Zwijsen en Puk en Muk onderzoeker ) in twijfel. Ger Jansen die overigens ook mee hielp bij de tot standkoming van het boekje "Puk en Muk uit de schaduw van Tilburg". Informatie  over Jos Adrianus Antonius Severijnen in relatie tot Puk en Muk is welkom.

Jos Adrianus Antonius Severijnen. Frater Ranulfus 1905/1976.

De herdrukken van de dertien vooroorlogse boekjes sloegen wel aan en werden in grote oplagen verkocht. Overigens kwam de wereldpolitiek in deze deeltjes ook wel aan de orde. Zo worden in het boekje Puk en Muk in China de twee dwergen verhoord door een mandarijn, die meent met Russische communisten te maken te hebben. In Reizen van Puk en Muk komt het tweetal in Rusland terecht bij het echtpaar Iwan Nicolawitsj en Jekatrien (Jan Klaassen en Katrijn) maar wordt door hen naar Siberië
verbannen: '. . . We zullen jullie morgen eens naar een verre kostschool brengen. Die kostschool heet Siberië, en daar gaan alle lui naar toe die thuis niet goed kunnen oppassen, zoals jullie. Daar is het koud en daar moet gewerkt worden. Ik denk, dat je gauw tam zult zijn. . .' Later wordt het echtpaar eveneens door soldaten naar Siberië verbannen omdat het niets gedaan heeft. Naast de verwijzing naar de situatie in Rusland geeft Van Ostaden hier ook een herkenbaar punt aan voor zijn B.L.O.-leerlingen. Bronnen.
• drs Kees Kolen, Puk en Muk uit de Schaduw van Tilburg, Tilburg 1986
• Archief van de Fraters van Tilburg
• Archief Uitgeverij Zwijsen
• Gemeentearchief Tilburg.

• Verzamelaars uit alle regio's in den lande.

Eind jaren veertig kwam de Bossche tekenaar Leo van Grinsven in beeld die overigens ook tal van andere boekjes van tekeningen voorzag.

Vanaf 1960 verzorgde frater Realino, de eerste nieuwe herdrukken. Natuurlijk kennen we allemaal de omslagen van Toos Koedam. Op 19 november jl. is Toos Koperdraat-Koedam ( ((1924-2006) overleden . Zij was een creatieve beeldende kunstenares die veel illustraties in kinderboeken heeft verzorgd. Vanaf 1972 komen er via Zwijsen opnieuw 6 versies op de markt, ditmaal bewerkt door Tim Safery, de zogenaamde lange versies met vormgeving van Harrie von Wersch. Hendricus Franciscus ( Harrie van Wersch) werd geboren op 3 augustus 1939 en is nooit getrouwd. Hij is van 1972 tot 2002 werkzaam geweest bij Uitgeverij Zwijsen waar hij onder andere voor de nieuwe lay-out van de Puk en Muk boekjes zorgde. Hij gaf ook vorm aan het boek "Hoe wij leren lezen" van Piet Hagen. Laatstgenoemde was oud redacteur bij Trouw.

Van de originele Puk en Muk in Ridderland zijn 2 drukken oude stijl bekend.( met de tekening voorop). Eerste druk in 1955 en de tweede in 1957. Uitgeverij Zwijsen bracht na de overname een aantal boekjes met de oude vertrouwde omslagen opnieuw uit. Voornamelijk vanwege het mooie originele voorblad. Met een aantal klassieke Puk en Muk boekjes deed men dit niet en dat is best jammer. Denk bijvoorbeeld aan Afrika 2 en Ridderland en Jennemieke. Afrika 1 werd weer wel ouderwets uitgegeven. De uitgaven van Uitgeverij Zwijsen staan elders op de site.

Alles waar Frans Fransen gedurende ruim 30 jaar zijn hart en ziel in had gestopt werd hem in zeer korte tijd ontnomen. Deze gebeurtenissen maakten hem tot een verbittert mens. 

Frans Fransen overleed op 19 oktober 1961 in Den Bosch. Op zijn bidprentje staat de volgende tekst: Tot zijn laatste levensdag - hij was op weg naar school - heeft hij gewerkt voor de jeugd. Het waren zijn Pukken en Mukken, die hij de blijdschap van het leven liet zien. Het bidprentje hier afgebeeld is een heus collectors-item maar zeer moeilijk om te pakken te krijgen. Frans Fransen ligt begraven op het kerkhof van Huize Steenwijk in Vught. Bij zijn dood in 1961 waren er in totaal 665.600 Puk en Muk boeken van hem uitgegeven. Zelfs daarna werden de boeken nog vele malen bewerkt en heruitgegeven. De verhalen waren het populairst tussen de jaren 1925 en 1955.

 

Franns-fransen-overlijdensbericht
bidprentje-frans-fransen-franciscus-v-ostaden

Hij publiceerde onder 22 pseudoniemen talrijke verhalen in het jeugdtijdschrift De Engelbewaarder. , zoals Met de ooievaar op reis ( uit 1932, onder het pseudoniem E. Fiks), Bij Hendriks (1936, ps. Fulano), Zieltje op weg naar huis (1938, ps. E. Fiks), Jan Klaasen en de geit (1939, ps. Klaas Jansen), Oh die Kees (1939, ps. E. Fiks), Beeroom (1949, ps. E. Fiks), Het gestolen prinsje (1945, ps. Klaas Jansen), Koning Cresus (ps. Frans Fransen), Knilleke, het trouwe kleermakertje (1952, ps. Frans Fransen), Pimpernel en Pimpernol (1956, ps. Frans Fransen), De drie prinsen (1955, ps. E. Fiks) en Sinterklaas gefopt (1955, ps. E. Fiks). 

Pieke dassen-puk-en-muk-poppentheater,

Een onderwerp dat hier even is weggezet maar dat je straks tegenkomt op de pagina, ' gerelateerd' ; Pierre Hubertus (Pieke) Dassen, geboren op 23 sept te Rotterdam overleed op tachtig jarige leeftijd op 18 april 2007 in Maastricht. Dassen was accordeonist, cabaretspeler, kunstschilder en werd beroemd als poppenspeler. Later werd hij zelfs acteur en kreeg landelijke bekendheid als August in de Film van ome Willem. Frans Fransen heeft het niet meer mogen meemaken. In 1978 verscheen het dikke Puk en Muk boek dat ik later op de pagina plaats met gerelateerde onderwerpen. Uitgeverij Zwijsen bracht een papieren poppentheater ( Die Blaue Scuyte ) op de markt met 20 gebeurtenissen om het verhaaltje van puk en Muk en de heks te kunnen naspelen. Dit was papieren poppentheater was ontworpen door Pieke Dassen.  Er zaten 8 prentbriefkaarten bij met Puk en Muk tekeningen die je als postkaart kon gebruiken.

pieke-dassen-poppentheater,
poppentheater-pieke-dassen,
pieke-dassen-poppentheater-uitgeverij-zwijsen,

All rights reserved by Cor Lauwerijssen. This website including pictures and the personal story. The Puk and Muk database are intellectual property of Puk and Muk Site. Any abuse, non-authorized reproducing or copying is strictly prohibited. Copyright by [JP-Lauwerijssen-4731210850-EPOB-OIST.NL-RN-COR.]   

Cor Lauwerijssen.[Puk en Muk site naar een idee van Lauwke Tod.] Alle rechten op de inhoud voorbehouden.

Maak jouw eigen website met JouwWeb