Puk en Muk van de Puk en Muk site zijn rechtstreeks te vinden op Puk en Muk (jouwweb.nl)    Plaats deze link bij je Favorieten. Dit betreft een tijdelijke kennisgeving.

Cor Lauwerijssen 5

Op de foto staan een paar jongelui die ik me herinner. O.a. Frater Siegfried, Stevens, G. Hoezen, G. Steenbergen, W. Doreleijers. 

In principe vond ik nergens niks meer aan. Ze wat iedereen die ik in de loop der jaren had leren kennen was zonder aankondiging vertrokken. Met een enkeling kon je altijd van gedachten wisselen maar er was niemand meer. Bij Tante luus en ome Cor kon ik wel even op de koffie als ik wilde. Maar dat is toch anders. De huisjes in het Pieter Vreedepad waren onbewoonbaar verklaard en mam was ondertussen verhuisd. Moeder had Frans, waarmee ik 't toch al niet kon vinden na 8 jaar huwelijk in de steek gelaten. Ze liet hem voor wie hij was en vertrok met Theo en mijn met mijn zusje voor een nieuwe start naar België om aan de Britse Lei te gaan wonen. Mijn zusje Sjannie ging daar met een baret op haar hoofd en in kostuum naar school. Ik kreeg een toeziend voogd toegewezen. Wil van den Boogaart was zijn naam. Cor Lauwerijssen was een van z'n zijn eerste pupillen. Recht tegenover de oude brandweerkazerne in de Capucijnenstraat op nr 52 woonde de familie Looimans en daar bracht hij me met m'n spulletjes heen.  Emiel, een oudere jongen die daar inwoonde rommelde met de vrouw des huizes bleek al snel. Dat was voor mij de eerste seksuele voorlichting. Mart en Ria heette het koppel. De fles thee die ik mee naar mijn werk kreeg zat vol met thee bladeren omdat ze te weinig had om 3 flessen te vullen. De derde fles, dat was de mijne, werd aangevuld met koud water uit de kraan. De pispot werd via het dakraam leeg gekieperd.

In 1967werkte ik mee aan de nieuwbouw van het pand "Het Nieuwsblad van het Zuiden" aan de Spoorlaan. Wim Machielsen was de uitvoerder die me langs alle kanten de handen boven het hoofd hield. Ik verongelukte bijna toen er een steigerplak verkeerd lag. Wim was een hartstikke goeie kerel. Ik kan me hem nog zo voor de geest halen. Wim zag nog net kans om me met één hand bij m'n lurven te grijpen en omhoog te hijsen. Met Roelie, mijn collega en leermeester, ging ik soms plafonds timmeren voor dat extra zakcentje. Zo gaf hij mij de kans om ook wat bij te verdienen. Ik schaamde me werkelijk dood in de schaftkeet van Ruts Bouw en Montage uit Tilburg.  Ad, een  metaalbewerker,  zei dat ik met die fles slootwater naar mijn voogd moest gaan. Eet eerst je boterhammen maar op en ga dan maar jongen, anders komt het er niet van. Wij regelen wel dat het je niks kost. Dit is te zot voor woorden. Ik vertrok op mijn fiets, rechtstreeks naar de kinderbescherming dat aan het gebouw van Huize Nazareth grensde. Binnen een paar dagen verhuisde ik naar de Vazalstraat 20 en ging ik wonen bij Nico en Annie Smulders wonen. Daar hadden ze al oudere jongens van ver in de twintig en je kon er van de vloer eten, zo schoon was het daar. Nico en Annie hadden al eerder jongens opgevangen die van Huize Nazareth vandaan kwamen. Soms gebeurden er  vervelende dingen. De kamerdeur was bijna altijd op slot en op de ijskast zat een slotje. Het was in 1967 was het dat ik hiermee werd geconfronteerd.  Dan kon je als je van buiten kwam via de keuken direct naar je slaapkamer. In de woonkamer mocht je in het geheel niet komen. Annie en Nico hadden een dochter die getrouwd was met ene Kees. Voor hem heb ik een tijdje reclame rondgebracht. Ik deed van alles om mijn eigen kostje te scharrelen. Het was goed volk, ook de 2 broers die er woonden. Later ben ik er nog eens langs ben geweest. Ad de metaalbewerker liep ik bijna 40 jaar later tegen het lijf op een industrieterrein in het Zeeuwse Tholen. Alweer zo'n toevalstreffer? 

Hierboven Leo en Sjaan. Leo is inmiddels ook in de tachtig en dat zou je 'm niet geven. Leo heeft lang als vrijwilliger voor de klas gestaan. 

Na enkele maanden vertrok ik samen met Jack naar Oisterwijk en zó kwam ik bij Sjaan en Leo terecht. Jack kwam ook uit het Pieter Vreedepad en was al eerder op Huize Nazareth ondergebracht. In eerste instantie zou hij daar alleen gaan wonen en reed ik met hem mee. Ze adopteerden ook mij omdat ik in Tilburg niet echt gelukkig was. Dat moest natuurlijk wel eerst via de voogd geregeld worden. Wil v/d Boogaart ging later in Berkel Enschot wonen waar ook Rutger Lommerse van Puk en Muk en de Moddermannen woont. Sjaan en Leo zijn prima mensen. Sjaan is ons ontvallen maar met Leo hebben we nog steeds contact.

Net voordat ik in de zomer van 1966 uit Huize Nazareth vertrok kreeg ik een brief van mam waarin stond dat ze met Theo en mijn zusje in Antwerpen woonde. Ergens aan de Britse Lei. Ze had gewacht tot ik weg mocht en zou dan die Jan Doedel na acht jaar huwelijk definitief verlaten. Het was hun bedoeling om op termijn in Breda te gaan wonen. Toen ik van Sjaan en Leo hoorde dat ze daar woonden ging ik er met de trein heen om een kijkje te nemen. Ze zaten netjes te wonen en beheerden er enkele pensions voor mevr. Otten. Daarom waren de woonlasten laag. Het was in 1969 dat ik na bijna 3 jaar, ons mam terugzag en kennis maakte met Theo. Van het een kwam het ander en ik vertrok naar Breda aan de Ginnekenweg 104. Ik koos voor een nieuwe start en een nieuwe baan waar ik overigens bijna vier keer zoveel ging verdienen.

Sjak (links) met mij in miniatuur Walcheren. Samen met Sjaan en Leo op vakantie in West Kapelle in Zeeland aan de Prelaatweg . 

Theo met links zijn toenmalige schoondochter en rechts moeder met m'n zusje Sjan.

Theo was geen verkeerde. Iedereen vond hem aardig en hij zag er ook altijd piekfijn verzorgd uit. Hij was beresterk en was voor niemand bang. Ik ben er eens mee aan het stoeien geweest maar hij pakte door en dat is dan geen stoeien meer. Dat is iemand uitproberen. Nou, breken doet Lauwerijssen niet, zeker niet zonder slag of stoot. Jammer dat hij regelmatig de kroeg indook om met zijn vingertje te zwaaien. Als je dikwijls een rondje geeft ben je al snel razend populair. Als zijn geld was gestort moest hij eerst de kasteleins afbetalen en was er niks meer over voor de rest van de maand. Hij leende regelmatig bij mij en ik kreeg het ook altijd weer netjes terug. Maar in principe holde hij altijd achter de feiten aan. Hij was vaak te vinden in het Wiener cafe van Nel en Louis v/d Kaa , in den Belgiek bij Joke en Koos, of in de kroeg van Kees Konings, de vader van Corrie Konings. Ik kwam er ook wel eens aanwippen voor een cola of om ze op te halen als er geen geld meer was voor de taxie. In het eerstgenoemde cafeetje kwam ook de broer van de bekende kruidendokter "Willem Van de Moosdijk". Regelmatig moest Theo even met hem naar een of ander bos net buiten Breda een ritje maken om geld uit de grond te halen dat daar lag verborgen. Voor dat ritje kreeg hij dan 100 piek die aan het eind van de avond in de kassa van de kroegbaas lagen. Theo en z'n oudste zoon kwam , die ook in Breda wonen. Beiden waren voor de duvel niet bang en ze gingen voor geen mens opzij. Ik zat er wel eens midden tussenin. Theo leeft al lang niet meer en z'n zoon overleed enkele jaren geleden aan de gevreesde ziekte. 

Breda • St. Annastraat 2 t/m 18 • Annastraat 6: Voormalig Wiener Cafe van kroegbaas en accordeonist Louis van der Kaa.

Tilburg was in de vijftiger jaren een stad volop in ontwikkeling. Een stad waar velen werkzaam waren in een van de textielbedrijven. Een groot aantal hiervan noemde men in een adem toddenketen. Maar je had er wolververijen, spinnerijen, blekerijen, de Volt en natuurlijk AaBe wollen stoffenfabriek. De mensen werden uitgebuit. Het had veel overeenkomsten met de leefsituatie in het begin van de vorige eeuw. Toen verlieten, gedwongen door de minimale levensomstandigheden, duizenden mannen hun gezin om op honderden kilometers afstand te werken. Veel arbeid werd bij de boeren verricht. Het verhaal gaat dat veel arbeiders die huis en haard verlieten weinig voor thuis overhielden.  Boodschappen moesten worden gekocht in winkels die vaak eigendom waren van diezelfde werkgever en ook voor de slaapplek moest worden betaald. Men verdiende zo weer dik aan het werkvolk. Op die manier vloeide het geld met dikke winst weer terug naar de grote hoop. Uitbuiting van het eigen volk in crisistijd. Die tijd komt terug. Men verdiende slechts een schamel loontje en het inkomen was net genoeg om niet de hongerdood te sterven. De tijd van Colijns gratis viskoppen soep lag bij menigeen nog vers in 't geheugen. Men at oud brood of beschuit, gedompeld in warme melk met suiker, de zogenaamde brood of beschuiten pap. Borden vol heb ik er van opgegeten.

          De voddenboer

De mensen die deur aan deur hun goederen aan de man probeerden te brengen zijn inmiddels uit ons straatbeeld verdwenen. De voddenboer en de schillenboer kwamen met de bakfiets of paard en wagen langs de deur en als vergoeding kreeg je een windmolentje of een dubbeltje. Je zag ook de scharensliep in de straat. Eens in de zoveel tijd kwam hij langs en dan riep hij: De schárensliep, de schááárensliep. Voor al uw scharen en messen, de schárensliep!!!!!

De haring werd aan de deur verkocht door de haringman en bij de ijscoman kocht je een ijsje voor een duppie. Alles ging met de kar of met paard en wagen. Je zag dan ook regelmatig een op hol geslagen paard door Tilburg rennen en dat liep niet altijd goed af. Via het spoorpadje langs de stalen brug over het Wilhelmina kanaal fietste moeder de kortste weg naar oma in Oisterwijk.

De haring kar

Voorbeeld foto

Aan het stuur hing het kinderstoeltje met windschermpje waarin ik zat. We gingen met een bochtje om een paar bewoonde seinwachters huisjes heen en het geluid van de wind en de voorbij razende trein hoor ik nóg in mijn oren. Auto's zag je toen nog niet veel en busvervoer werd geregeld door de Zuidooster. Als we vanwege slecht weer met de bus van Tilburg naar Oisterwijk reisden werd er door de mensen volop gezongen. "Oh mein papa" was er 'n voorbeeld van. Nu zeggen ze mekaar geeneens gedag meer en de jeugd staat ook niet op om een ouder iemand een zitplaats te gunnen. Met lauw water werd je één keer per week in een ovale zinken teiltje met groene zeep gewassen. En als moeder zich waste, gingen de gordijnen dicht en moest ik naar buiten. De televisie die we later hadden ging uit omdat ze dacht dat die man haar anders kon bekijken. Hoe naïef waren ze in die tijd.

De tijd van het driegaats of plattebuiskachel , gevuld met eierkolen, antraciet of hout en de platte buis met daaromheen een verchroomde stang waaraan je wasgoed hing om te drogen. Kacheltjes die gezien de huidige energieprijzen over een paar jaar heel goed van pas kunnen komen. De tijd van de hoofddoekjes,de regenkapjes en de solex, alpinopetjes en lange jassen. Tilburg met het ooit zo prachtige prachtige Leipark met zijn vijvers waar twee van mijn vriendjes schuilend onder een boom door de bliksem werden gedood. Tilburg dat vergeven was van grote zwarte spinnen. En voor wie het nog niet wist. Ik ben als de dood voor paarden, onweer en spinnen.  Eigenlijk voor allerlei insecten. Vervolg en slot op deel 6

All rights reserved by Cor Lauwerijssen. This website including pictures and the personal story. The Puk and Muk database are intellectual property of Puk and Muk Site. Any abuse, non-authorized reproducing or copying is strictly prohibited. Copyright by [JP-Lauwerijssen-4731210850-EPOB-OIST.NL-RN-COR.]   

Cor Lauwerijssen.[Puk en Muk site naar een idee van Lauwke Tod.] Alle rechten op de inhoud voorbehouden. 

Maak jouw eigen website met JouwWeb